Midden in de recente hittegolf met klimaatalarmbellen die om mij heen afgingen, werd mijn aandacht getrokken door The Line, een project van het Saudische bedrijf NEOM dat een nieuwe stad mag gaan bouwen in de woestijn.
Een revolutionaire, duurzame, gezonde stad van 170 kilometer lang, 200 meter breed en 500 meter hoog. Sommige media noemen het kek en stoer.
Een stad voor iedereen?
De stad geeft ruimte aan maar liefst 9 miljoen mensen die binnen 5 minuten al hun dagelijkse behoeften aan wonen, werken en winkelen en recreëren kunnen vervullen. Auto’s ontbreken en met supersonisch autonoom vervoer ga je in 20 minuten van de ene naar de andere kant van de stad. De stad is extreem groen, alle energie en water is hernieuwbaar en de hoge en slanke constructie zorgt voor natuurbescherming en verbetering. Daar wil iedereen wel wonen.
Dystopische, afstandelijke stad
Of toch niet? Na het bekijken van diverse filmpjes van het project bekruipt me een onheimelijk gevoel. Ik zie een dystopische, ommuurde verticale stad met een glimmende schil van spiegelglas. Het lijkt te ontbreken aan biobased materialen en slimme technologie registreert precies wat ik uitspook. Elk blokje in de stad lijkt een kopie van de vorige en van een speels stratenplan is geen sprake.
Van groen naar regeneratief bouwen
Binnen de muren is veel groen, maar klimaatverandering vraagt juist dat we regeneratief bouwen, nieuwe natuur toevoegen en gebouwen inzetten als groene ecoducten om hittestress, droogte en biodiversiteitsverlies tegen te gaan. Het vergroenen van zelfs een woestijn is echt realistisch, bewijzenEcoloog John Lui en de organisatie Commonland al tientallen jaren.
Valkuilen vermijden, inspiratie vinden
Ik gun het NEOM om te leren van het Quayside-project in Toronto, dat terecht is afgeblazen vanwege discussies over dataprivacy van bewoners. Ik gun het ze ook om inspiratie te vinden in het werk van de architect, ecoloog en kunstenaar Hundertwasser. Al in de jaren vijftig pleitte Hundertwasser voor gebouwen die in harmonie zijn met de natuur, met een speelse architectuur waarbij mensen zich prettig voelen.
Saudi-Arabie als duurzame transitiemaker?
Laat The Line geen schoolvoorbeeld worden van (steden)bouw en architectuur waarbij de middelvinger wordt opgestoken tegen de natuur en de mensheid. Natuur vermeerderend, welzijn bevorderend en circulair gebouwd klinkt beter als visitekaartje en exportkans. Laat Saudi-Arabië maar de grote duurzame transitiemaker worden, want dat is pas echt stoer.
Deze column is eerder verschenen in Cobouw.nl op 25 augustus 2022
Over de auteur
Leontien de Waal is sectorbanker Bouw. Zij volgt de belangrijkste trends en ontwikkelingen in de gebouwde omgeving. Haar ervaring en netwerk, aangevuld met kennis uit de studie Master City Developer (gebiedsontwikkeling), brengt ze in bij klanten van ABN AMRO.
Lees verder in de bouwsector
Na een aantal jaren flink groei, kromp de bouwsector ten gevolge van stikstof en PFAS en de coronacrisis vergroot de terugval. De noodzaak voor nieuwbouw, onderhoud en verduurzaming blijft. Duurzaamheid en milieu zullen in de toekomst een steeds grotere impact hebben op de bouw.