Emissiearm bouwen: het rijk trekt daar 50 miljoen euro voor uit

Prefab-woningen bouwen met lichte en duurzame materialen. Dat is een goede manier om bouwemissies te verlagen. Zo ook de inzet van emissievrije werktuigen en het gebruik van digitale hulpmiddelen om bouwprocessen te optimaliseren. Maar voor het in Nederland zover is, moet er nog aardig wat gebeuren. Het Rijk ziet dat ook en trekt daarom 50 miljoen euro uit voor een kennis- en innovatieprogramma dat zich de komende 2,5 jaar richt op emissiearm bouwen.

Zo’n beetje alle onderdelen voor een woning vooraf in een productiehal maken, heeft veel voordelen. Om te beginnen hoeft er niet een stoet van verschillende vrachtwagens van diverse leveranciers naar de bouwplaats te komen om onderdelen af te leveren. En omdat de montage van prefab-woningen snel en makkelijk gaat, komt er op de bouwplaats zelf ook veel minder uitstoot vrij.

Als bouwbedrijven en aannemers daarnaast voor lichte of duurzame materialen kiezen en bij de bouw volop gebruikmaken van digitale oplossingen en emissievrije werktuigen, komt de emissievrije bouwplaats meteen een stuk dichterbij.

Een spagaat
Tot zover de schets van de gewenste toekomstsituatie. Terug naar het nu, waar de meeste woningen nog op de traditionele manier worden gebouwd, met alle uitstoot die daarbij vrijkomt. Met het huidige woningtekort en de wens om de bouwproductie flink op te schroeven, is die werkwijze niet meer houdbaar. Zo loopt de bouw nu al tegen de grenzen van de stikstofuitstoot aan. Een spagaat dus.

De ambitie
Ondertussen bestaat al wel de routekaart Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) die ervoor moet zorgen dat Nederland in 2030 een veel schonere bouw heeft (Dat gaat natuurlijk niet vanzelf. Hoe meer initiatieven er komen om de uitstoot van bouwactiviteiten te beperken hoe beter. Dus heeft het Rijk besloten om een bedrag van 50 miljoen euro beschikbaar te stellen voor een kennis- en innovatieprogramma op het vlak van emissiearm bouwen.De figuur toont een schijf met de drie segmenten van het emissieloos bouwen onderzoek: industriële bouw, bouwlogistiek en bouwmateriaal. Door meer industrieel vooraf buiten de bouwplaats te bouwen, en met afgestemde bouwlogistiek naar de bouwplaats te brengen, is er op de bouwplaats minder bouwmaterieel nodig en kan sneller naar elektrisch bouwmaterieel worden overgeschakeld. Daarmee is de ambitie om de stikstofreductie met 60% te verminderen in het jaar 2030.

Samen aan een duurzame toekomst bouwen
Het BTIC heeft als eerste stap in de totstandkoming van dit initiatief in samenwerking met diverse partijen uit de ontwerp-, bouw- en technieksector de hoofdlijnen voor de opgaven en passende oplossingsrichtingen geschetst (zie het kennis- en innovatieprogramma ‘Emissieloos bouwen’). Van daaruit hebben TNO, digiGO en de Topsector Logistiek in opdracht van de ministeries van BZK, EZK en IenW uitvoeringsprogramma’s ontwikkeld die onderdeel zijn van de routekaart Schoon en Emissieloos Bouwen.

Naast kennisinstituten en landelijke, regionale en lokale overheden zijn ook partners in de bouwketen betrokken: van toelevering en productie tot aan hergebruik. Het wordt dus een publiek-private samenwerking. En die interessante mix van partijen zet inmiddels de eerste stappen om samen aan een duurzame toekomst te bouwen.

Deelprogramma ‘Industriële Prefab Bouw’
Onder penvoerderschap van TNO is het uitvoeringsprogramma \’industriële prefab bouw\’inmiddels gestart. Het gaat om een ‘adaptief consortium’, waar allerlei partijen zich gaandeweg bij kunnen aansluiten. Op dit moment werken er binnen dat consortium in totaal 59 partijen aan 8 deelprojecten, variërend van ‘slim inzamelen en hergebruiken’, ‘meer in 2D en 3D elementen werken’ en ‘het vroegtijdig laten zien van ontwerpkeuzes in KPI-dashboards’.

Meer informatie
Op de website van TNO is binnenkort meer informatie over deze deelprojecten te vinden. Zo ook hoe geïnteresseerde partijen bij het consortium kunnen aansluiten.

Blijf op de hoogte
Scroll naar boven