Landelijk gasnetbeheerder GTS heeft bij toezichthouder ACM kenbaar gemaakt dat het nieuwe interconnectiepunten vast wil stellen. ACM beoordeelt op basis van de Transportcode gas LNB of de melding een materieel effect heeft op de hoogte van de tarieven of de beschikbare capaciteit voor de netgebruikers. De ACM concludeert dat deze punten – die louter adminstratief en niet fysiek wijzigen – vastgesteld mogen worden.
Melding
Landelijk gasnetbeheerder GTS heeft toezichthouder ACM op 23 november 2022 geïnformeerd over een voornemen om nieuwe interconnectiepunten vast te stellen. Dit is een melding als bedoeld in artikel 2.1.1a Transportcode gas LNB. GTS wil Zandvliet-G opnieuw vaststellen als interconnectiepunt. Dit interconnectiepunt bestaat fysiek al, maar is administratief ondergebracht bij Hilvarenbeek. Zandvliet-G en Hilvarenbeek worden hiermee dus uit elkaar gehaald. Daarnaast is GTS van plan om een nieuw virtueel interconnectiepunt (VIP) te introduceren: VIP BENE-L. Dit VIP bestaat uit het nieuw vast te stellen Zandvliet-G en Hilvarenbeek. De bestaande contracten op het fysieke interconnectiepunt Hilvarenbeek kunnen op verzoek van afnemers worden overgezet naar het VIP.
Het nieuwe VIP wordt geïntroduceerd om een “switch” aan te bieden tussen L-gas (laagcalorisch) capaciteit en H-gas (hoogcalorisch) capaciteit. Deze “switch” is een nieuwe variant van de diversion dienst. GTS is voornemens om deze vorm van diversion aan te bieden tussen het te introduceren VIP BENE-L en het nu al bestaande VIP BENE. Hiermee krijgen gebruikers die nu L-gascapaciteit hebben, maar hier door de versnelde transitie in België van L-gas naar H-gas geen gebruik meer van kunnen maken, de mogelijkheid om hun capaciteit over te zetten naar H-gascapaciteit. België stapte eerder dan gepland over van L-gas naar H-gas. Gebruikers die hierdoor onverwacht overtollige L-gas capaciteit hebben kunnen deze capaciteit nu voor H-gas inzetten.
Beoordeling
De ACM beoordeelt conform met de gasmarkt gemaakte afspraken of wijzigingen t.a.v. entry- of exitpunten een materieel effect hebben voor de netgebruikers. Volgens de ACM is er sprake van een materieel effect als de vaststelling van een nieuw entry- of exitpunt effect heeft op de hoogte van de tarieven of de beschikbare capaciteit.
De nieuwe (virtuele) interconnectiepunten die GTS van plan is te introduceren hebben volgens de ACM geen directe impact op de tarieven of de beschikbare capaciteit. Immers, afnemers kunnen alleen capaciteit verplaatsen; de totale capaciteit verandert niet. Om deze reden is er volgens de ACM geen sprake van een materieel effect en mag GTS deze interconnectiepunten vaststellen. Voor de volledigheid merkt de toezichthouder op dat het vaststellen van deze interconnectiepunten enkel plaatsvindt om diversion tussen VIP BENE-L en VIP BENE mogelijk te maken. Het aanbieden van diversion zou wel een effect kunnen hebben. Marktpartijen die L-gas capaciteit over hebben, maar eigenlijk H-gas capaciteit willen, kunnen nu capaciteit verplaatsen in plaats van dat ze dat moeten kopen. Dat zou een vermindering van de vraag van totale capaciteit tot gevolg kunnen hebben, en daarmee een materieel effect op de tarieven kunnen hebben. Gezien de huidige marktomstandigheden verwacht de ACM niet dat dit in de praktijk in significante mate zal gebeuren. De gasstromen gaan momenteel hoofdzakelijk van België naar Nederland, waardoor de ACM niet verwacht dat het aanbieden van diversion significante impact op de tarieven zal hebben.