emissieloos bouwen

Gerelateerd nieuws

FAQ Subsidie schoon emissieloos bouwen

Hoewel de subsidieregeling SEB (Schoon Emissieloos Bouwen) nog niet officieel geopend is, zijn er al veel vragen onder leden hierover. Deze factsheet geeft antwoorden op de meest prangende vragen. De subsidieregeling kan nog op inhoud wijzigen waardoor de antwoorden in deze FAQ onder voorbehoud zijn én gebaseerd op de actuele beschikbare informatie uit de conceptregeling.

Online informatiebijeenkomst van RVO Nederland over deze subsidie is op 29 maart 2022. Aanmelden kan via deze www.rvo.nl/actueel/evenementen/online- informatiesessie-subsidieregeling-schoon-en-emissieloos-bouwmaterieel

1. Welk materieel wordt gesubsidieerd voor emissieloos bouwen?

Het gaat om:

  • Bouwwerktuigen, zoals mobiele bouwmachines en vervoerbare industriële uitrusting (zoals generatoren) of voertuig, niet bestemd voor personen- of goederenvervoer over de weg, of vaartuig;

  • Een hulpfunctie die duurzaam is gemonteerd op bijvoorbeeld een chassis van een wegvoertuig of spoorrijtuig of drijvend werktuig. Een voorbeeld is een autolaadkraan die is gemonteerd op een truck. De laadkraan is dan subsidiabel. In dit geval geldt dat niet voor de motor van de truck;

  • Bouwvoertuigen die in het kentekenregister geregistreerd zijn met de classificatie N2 of N3 (met specifieke carrosseriecodes).

    Positieve lijst: Om het overzichtelijk te maken, is voor deze categorieën een positieve lijst opgenomen van subsidiabele bouwwerktuigen, -voertuigen, hulpfuncties. Deze positieve lijst is te vinden via deze link op pagina 20 t/m 23 www.internetconsultatie.nl/subsidieregeling_schoon_en_emissieloos_bouwmat erieel/document/7562

    Uitgezonderd materieel: Er wordt een ondergrens vastgesteld van een continue elektrisch vermogen van 8 kilowatt of meer (7 en minder) om kleine machines uit te sluiten, omdat daarbij de milieuwinst minder groot is en elektrische oplossingen soms al standaard zijn (zoals draagbaar gereedschap).

    2. Wordt vereist dat het gesubsidieerde materieel alleen in de bouw wordt ingezet?

    Ja, gesubsidieerde machines moeten in hoofdzaak worden ingezet voor de bouw. Dat betekent in de praktijk voor minimaal 70% van de tijd. De machines worden dus niet in deze tijd ingezet voor andere activiteiten zoals voor de landbouw.

    3. Voor wie is de subsidie “Schoon emissieloos bouwen” bedoeld?

    De subsidies zijn bedoeld voor de bedrijven in de bouwsector die:

  • machines aanschaffen en zelf gebruiken of

  • via lease of verhuur aan aannemers aanbieden -:> kunnen BMWT-bedrijven zijn.

    De subsidie is bedoeld voor de sector van bedrijven, ingeschreven in het handelsregister onder de codes 41, 42, 43, 3900, 4941, 50201, 7712, 7732 of 7739 van de Standaard Bedrijfsindeling, gericht op de nieuwbouw, onderhoud of verbouw of het slopen en verwijderen van een onroerende zaak of een gedeelte daarvan.

4. Kunnen materieelleveranciers subsidie aanvragen?

  • In geval van operational leasing is aanschafsubsidie mogelijk voor de partij die het leasemiddel ter beschikking stelt; zie vraag 5.

  • Een BMWT-bedrijf dat materieel verhuurt kan zelf een ZE-machine aanschaffen bij zijn leverancier en daar een aanschafsubsidie voor aanvragen, mits de machine voor minstens 70% ingezet wordt in de bouw en de verhuurder minstens 4 jaar machine-eigenaar blijft. Die eis geldt ook bij operational lease en retrofit.

  • Leveranciers kunnen innovatiesubsidie aanvragen voor technische experimenten en haalhaarheidsstudies (dat kan alleen of in samenwerking met derden (zie vraag 6).

  • Retrofitsubsidie staat alleen open voor de (kopende) partij aan wie de machine na afronding van de retrofitwerkzaamheden in eigendom wordt overgedragen of reeds in eigendom is. Zie vraag 9. Normaal gesproken zijn dat dus klantbedrijven van BMWT-bedrijven.

    5. Er zijn leden die emissieloze machines verleasen. Is daar subsidie op mogelijk?

    Aanvragers van de koop of financial lease komen in aanmerking voor subsidie. Financial lease is gelijk aan het kopen van een auto; je bent direct eigenaar en ook verantwoordelijk voor de machine. Wat betreft financial lease komt alleen de lessee (onderneming die leaset) voor subsidie in aanmerking. Dus niet het BMWT-bedrijf.

    Bij operational lease komt alleen de lessor (leasemaatschappij die het bedrijfsmiddel ter beschikking stelt voor lease) voor subsidie in aanmerking. Bij operational lease blijft de machine in eigendom van de lessor. De lessee is bij operational lease uitgesloten van ontvangst van subsidie. De lessee is uitgesloten omdat in artikel 1.1 aanschaf is gedefinieerd als koop of financial lease van een bouwmachine.

    De lessor (leasebedrijf) mag zelf bepalen of (een gedeelte van) de subsidie aan de lessee (gebruiker) wordt aangewend.

    6. Welke activiteiten worden gesubsidieerd?

    Voor aanschaf, ombouw en innovatie.

  1. Aanschaf van nieuwe emissieloze machines die gebruikt worden in de bouw, inclusief nieuw omgebouwd materieel (hoofdstuk 2 van de regeling);

  2. Ombouw
    Een retrofitspoor voor bestaand bouwmaterieel dat omgebouwd wordt naar emissieloos of schoner wordt gemaakt door de installatie van een NOx- nabehandelingssysteem (hoofdstuk 3 van de regeling);

    1. Ombouw van nieuwe of in gebruik zijnde Stage V machine 19-56 kw middels een SCR-katalysator die aan de limietwaarden (bijlage 3) voldoet.

    2. Ombouw van in gebruik zijnde Stage II, IIIa, IIIb machine 56-560Kw naar stage V middels SCR + DPF (compliant zijn aan Stage V normen)

c. Ombouw van nieuwe of in gebruik zijnde machine >560Kw door installatie SCR die aan de limietwaarden bijlage 3 voldoet.

d. Ombouw van in gebruik zijnde machine naar zero-emissie 3. Innovatie

  1. een project in de zin van ‘experimentele ontwikkeling’ dat bijdraagt aan het versnellen van;

    1. de ontwikkeling van emissieloze bouwmachines in de pre- commerciële fase;

    2. de uitrol of het gebruik van infrastructuur voor alternatieve energiedragers voor emissieloze bouwmachines of;

    3. oplaadsystemen voor het laden al dan niet ontladen van accu’s van emissieloze bouwmachines met uitzondering van de energieopwekking ten behoeve van het opladen;

  2. b. een project in de zin van haalbaarheidsstudie om de haalbaarheid van een ‘experimentele ontwikkeling’ als bedoeld onder a. te toetsen.

7. Wat zijn op hoofdlijnen de algemene subsidie-eisen?

  • De aanvrager moet ingeschreven zijn bij de KvK onder één of meer specifieke SBI-codes voor de bouwsector: 41, 42, 43, 3900, 4941, 50201, 7712, 7732 of 7739

  • Valt het subsidie-object onder positieve lijst (zie vraag 1)

  • Er mag geen lood in de accu zitten, indien van toepassing

  • Geen datum tenaamstelling van machine met kenteken vóór datum indiening

    subsidieaanvraag.

  • De machine moet op de markt gebracht worden en gekeurd conform de

    reguliere regels (hoofdstuk 3 van het Warenwetbesluit machines of de EG-

    verklaring van conformiteit).

  • Er mag niet reeds een subsidie verstrekt zijn voor dezelfde activiteit met

    betrekking tot dezelfde bouwmachine

    Tenslotte gelden natuurlijk de reguliere formele vereisten als volledigheid van subsidie- aanvraag en tijdigheid indiening van de aanvraag binnen de gestelde termijnen.

    Naast de algemene eisen worden er specifieke subsidie-eisen gesteld voor aanschaf, retrofit en innovatie. Zie vraag 8,9,10.

    8. Wat zijn op hoofdlijnen de specifieke subsidie-eisen voor aanschafsubsidie?

    Naast de algemene eisen (zie vraag 7) gelden voor aanschafsubsidie onder andere:

  • Alleen subsidie voor emissieloze machines.

  • Er dient een Overeenkomst van aanschaf of operational lease overlegd te

    worden.

  • Er dient Verklaring inzet in bouw minimaal 70% van de tijd overlegd te worden.

  • Tenaamstelling van de machine op naam van de subsidie-ontvanger

  • Bij operational leasing dient een verstrekkingsvoorbehoud in het kentekenregister

    geplaatst te worden

    9. Wat zijn op hoofdlijnen de specifieke subsidie-eisen voor retrofitsubsidie?

• Alleen ombouwactiviteiten zoals omschreven onder vraag 6 punt 2 zijn subsidiabel.

  • Geen overdracht in eigendom
    Subsidieontvanger heeft gedurende 48 maanden na vaststelling van de subsidie de gesubsidieerde bouwmachine, zonder overdracht aan derden, in eigendom, en gebruik deze hoofdzakelijk in de bouwsector (minimaal 70% van de operationele tijd) > materieelleveranciers kunnen veelal niet aan deze eis voldoen omdat de machine vrijwel altijd in eigendom is van een derde tijdens uitvoering van de retrofitwerkzaamheden of wordt overgedragen ná afronding van de retrofitwerkzaamheden.

  • Keuring
    Een typegoedkeuring of enkelstukskeuringbewijs van het nabehandelings- systeem moet aanwezig zijn

  • Limietwaarden
    De naar Stage V omgebouwde retrofit machine (scr+dpf) moet voldoen aan limietwaarden.

o Voordezemachinesindecategorieën19-56kWenboven560kWgelden de limietwaarden zoals omschreven op pagina 26 t/m 35 in Bijlage 3 – “Protocol voor typegoedkeuring UNECE R132 en enkelstukskeuring ISO 8178”. Deze bijlage is te vinden via deze link www.internetconsultatie.nl/subsidieregeling_schoon_en_emissiel oos_bouwmaterieel/document/7562

o Voor de machines in de categorie groter of gelijk 56 kilowatt en kleiner of gelijk 560 kW gelden de reguliere Stage V emissienormen van de Europese Emissierichtlijn.

  • Bewijsstuk
    Bewijsstuk dat de bouwmachine is of wordt uitgerust met een roetfilter, tenzij dit aantoonbaar niet mogelijk is voor stage II, IIIa, IIIb machine 56-560kW of >560Kw (Indien van toepassing moet er een SCR met retrofit roetfilter geplaatst worden , tenzij dat laatste technisch gezien niet mogelijk is).

  • Monitoring

o inzichtinNOx-emissieszoalsvoorgeschreveninbijlage3
o een systeembeschrijving opgesteld overeenkomstig bijlage 3
o eengecertificeerdmeetbedrijftoontaandatdeemissienorm,bedoeldin

artikel 3.1, onderdeel d, is behaald met een emissietest overeenkomstig de

testprocedure
o Voorretrofitnabehandelingsysteem:jaarlijkshetverbruikvan

ureumoplossing rapporteren
o Monitoring gedurende 48 maanden

• Dagtekening van de overeenkomst voor uitvoeren van retrofitwerk mag niet vallen vóór indieningsdatum subsidieaanvraag.

10. Wat zijn op hoofdlijnen de specifieke subsidie-eisen voor innovatiesubsidie?

  • Alleen ombouwactiviteiten zoals omschreven onder vraag 6 punt 3 zijn subsidiabel.

  • Kwalificatie van het begrip aanvrager is voor ‘innovatie’ breder gedefinieerd dan in geval van ‘aanschaf en retrofit’. Indien een bedrijf ‘technisch in staat is tot experimentele ontwikkeling of haalbaarheidsstudie, kwalificeert hij als aanvragen. Dat mag in samenwerking met derden.

  • Er geldt een maximale duur van het project van 6 maanden tot 2 jaar (eenmalige verlenging van deze termijn mogelijk)

  • de werkzaamheden aan het reeds project mogen nog niet zijn aangevangen vóórdat de aanvraag voor dat project is ingediend

  • Er mag geen subsidie zijn verstrekt uit hoofde van retrofit of aanschaf voor hetzelfde project

  • Er moet overleg gevoerd zijn met RDW over toelating op weg vereist voor experimenten

  • Rapportage in vorm van jaar- en eindrapport over toegevoegde waarde project en kennisverrijking

    11. Hoe hoog zijn de subsidiebedragen? Welke kosten zijn subsidiabel?

    Aanschafsubsidie:

    Per emissieloze bouwmachine ten hoogste 40% van de meerkosten ten opzichte van een referentie-bouwmachine tot een bedrag van ten hoogste € 200.000,-. Voor kleine of middelgrote ondernemingen geldt 10% subsidie-opslag. Let op: als voor dezelfde machine ook MIA/Vamil is aangevraagd, dan wordt 11,25% forfaitaire Milieu- investeringsaftrek verrekend..

    De meerkosten worden per bouwmachine bepaald aan de hand van deze methodes:

    • in het geval van emissieloze bouwmachines met accupakketten, door toepassing

      van de formule: A*kWh + M*kW + O, waarbij: A = €800, kWh = accucapaciteit in kilowattuur, M = €300, kW = continue elektrisch motorvermogen in kilowatt, O = €7.000; of

    • in het geval van overige emissieloze bouwmachines, op basis van de netto investeringskosten verminderd met de netto referentiekosten.

      Retrofitsubsidie:

      De subsidie bedraagt per bouwmachine ten hoogste 40% van de kosten van de maatregelen (minus 11,25% forfaitaire Milieu-investeringsaftrek) tot max. € 200.000. De kosten per bouwmachine worden bepaald op basis van de netto investeringskosten.

      In grote lijnen gaat het om de kosten van technische noodzakelijke maatregelen voor:

  • de ombouw van een nieuwe of in gebruik zijnde bouwmachine door installatie van een SCR-katalysator

  • de ombouw van een in gebruik zijnde bouwmachine tot emissieloze bouwmachine door inbouw en installatie van een elektrische aandrijfmotor met een brandstofcel of een niet loodhoudend accupakket

    Roetfilter is niet subsidiabel. Innovatiesubsidie:

• Voor experimentele ontwikkeling is de subsidie 25 % (max €1.000.000,-) van de in aanmerking komende kosten voor experimentele ontwikkeling zijnde;

o personeelskosten:onderzoekers,technicienanderondersteunend personeel

o kosten van apparatuur en uitrusting
o kostenvancontractonderzoek,kennisenoctrooien,
o kostenvoorconsultancy
o bijkomendealgemenekostenenandereoperationeleuitgaven(zoalsvoor

materiaal, leveranties en producten.

Voor kleine of middelgrote ondernemingen geldt 10% subsidie-opslag

• Voor haalbaarheidsstudie is de subsidie 50% (max €50.000,-) van de kosten van de studie.

Voor middelgrote ondernemingen geldt 10% subsidie-opslag en 20% voor kleine ondernemingen. Verder wordt de subsidie met vergelijkbare percentages verhoogd als er sprake is van internationale samenwerking (binnen EU) en de projectresultaten breed openbaar gepubliceerd worden.

1. Tot de categorie kleine, middelgrote en micro-ondernemingen („kmo’s”) behoren ondernemingen waar minder dan 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet 50 miljoen EUR en/of het jaarlijkse balanstotaal 43 miljoen EUR niet overschrijdt.

2. Binnen de categorie kmo’s is een „kleine onderneming” een onderneming waar minder dan 50 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal 10 miljoen EUR niet overschrijdt.

3. Binnen de categorie kmo’s is een „micro-onderneming” een onderneming waar minder dan 10 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal 2 miljoen EUR niet overschrijdt.

12. Wanneer gaat de regeling open?

Er is nog geen datum voor openstelling vastgelegd, maar de planning is 1 mei 2022.

13. Wie voert de subsidieregeling uit?

RVO Nederland, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.
Vragen: neem contact op met Albert Lusseveld 070 7900077 of a.lusseveld@bmwt.nl

Disclaimer:
Bovenstaande antwoorden zijn gebaseerd op de beschikbare informatie uit de concept- subsidieregeling. De informatie in deze FAQ is daarom onder voorbehoud van eventuele wijzigingen die doorgevoerd gaan worden in de definitieve subsidieregeling.. Aan de informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Het is daarom verstandig de informatiebijeenkomst van 29 maart bij te wonen.

Blijf op de hoogte
Scroll naar boven